In deze hulk-achtige herfstsoep zit bijna een kilo groenten. Kun je de rest van de week weer gewoon patat eten.
De eerste keer dat ik kappertjes frituurde was een noodgreep om nog íets van de pasta te maken die ik in huis had. Zeg maar, de allerlaatste stap die je doorloopt voordat je dan toch maar pizza gaat bestellen. Mijn koelkast was leeg en dat gebeurt me nooit, dus verwarring. In de voorraadkast vond ik dus zo’n potje kappertjes. Die opengemaakt, wat blaadjes salie uit de tuin geplukt en in wat arachideolie gebakken. Of gefrituurd dan, want het was iets meer olie dan normaal. Laten uitlekken op keukenpapier. Door de pasta. Eten. Mennn, dat was goed. Een intense, zoutige smaakexplosie die ik niet had verwacht bij zo’n naakte pasta.
Sindsdien wil ik dus overal gefrituurde kappertjes op. Zo ook op deze groene herfstsoep, die van zichzelf bijzonder gezond is (hallo, er zit bijna een kilo groenten in) maar qua smaak ook wel een beetje saai, hoor. Vandaar de kruiden (niet te zuinig zijn met zout ook), de gebakken kastanjechampignons en ja hoor: gefrituurde kappertjes. Lekker brood erbij om te dopen en zoek het maar uit met die regen daar buiten, doei.
Bereidingstijd
15 minuten
Nodig (voor 4 personen)
2 el olijfolie
2 el arachideolie
1 rode ui, fijngesneden
4 knoflooktenen, fijngesneden
300 gram broccoli, in roosjes
150 gram spinazie
100 gram doperwten
1 tl komijnpoeder
3 tl cayennepeper
500 ml paddenstoelenbouillon
300 gram kastanjechampignons, in dunne plakjes gesneden
3 el kappertjes, uitgelekt
Peper/zout
Pak alvast
Zeefje voor de kappertjes
Pan voor de soep
Kleine koekenpan
Staafmixer
Keukenpapier
Doen
1. Verhit 1 el olijfolie in een soeppan en fruit daarin de ui met de knoflook en een snuf zout.
2. Voeg de broccoli toe, en bak een paar minuten mee. Voeg vervolgens de doperwten toe, bak nog een minuut en doe de bouillon in de pan. Voeg komijnpoeder en cayennepoeder toe en laat tien minuten pruttelen op laag vuur met gesloten deksel.
3. Verhit een koekenpan met 2 el arachideolie en frituur hierin de kappertjes. Bestrooi ondertussen met wat zout. Na ongeveer twee minuten hevel je de kappertjes over in een zeef met een bakje eronder. De olie die je opvangt, kun je straks over de soep druppelen.
4. Verhit een koekenpan met 1 el olijfolie en bak in 3 minuten de kastanjechampignons gaar.
5. Voeg de spinazie toe aan de soep, roer door. Pureer met een staafmixer. Proef en voeg naar smaak peper, zout en eventueel nog wat cayennepoeder toe. Wees vooral niet zuinig met zout, want vooral die zoete doperwten kunnen dat wel hebben :)
6. Voeg de gebakken kastanjechampignons toe aan de soep, roer door.
7. Verdeel de soep over vier borden. Garneer met de gefrituurde kappertjes, een verse draai zwarte peper en de opgevangen kappertjesolie. Serveer eventueel met wat brood.